De 7 basics van clickertraining
De 7 basics zijn logische beginoefeningen om met clickertraining te beginnen. Ze introduceren beleefdheid rond voerbeloningen, en zorgen er voor dat je paard meteen een paar praktische dingen leert. Bovendien leer je aan de hand van deze oefeningen meteen werken met de basisprincipes van clickertraining.
Uitleg in woord en beeld:
- Boek: Grondwerk met Paarden
- Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
1. handtarget
= het allereerste aantikken van de hand (of eventueel een voorwerp)
– duidelijke opdracht: gestrekte arm met targethand
– paard komt paar stappen naar je hand toe en tikt onmiddellijk en beleefd aan
– het paard hoort de bridge op het exacte moment van het aanraken van de targethand
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 40-47
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
2. beleefdheid
= als je voorwaarts beweegt met de beloning in je hand heeft gaat het paard rustig een paar passen achterwaarts voor het aannemen van de beloning
– het paard is niet opdringerig en weet dat alleen op een beleefde afstand blijven hem iets oplevert
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 48-55
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
De oefening handtarget en deze beleefdheidsoefening gecombineerd tonen een schommelbeweging:
– je paard komt naar voor om je targethand (met gestrekte arm) aan te tikken
– bij het horen van de bridge anticipeert je paard op de beloning door achterwaarts te bewegen – waarna je paard de beloning rustig aanneemt.
– dit geeft je de ruimte om je arm weer te strekken met targethand, zodat de oefening opnieuw kan beginnen.
3. hoofd laag
= het paard beweegt z’n hoofd naar de grond toe
– deze oefening wordt freeshapend aangeleerd omdat het de betekenis en de kracht van de bridge duidelijk maakt en je bewust maakt van het belang van kleine stappen en timing in de training
– een duidelijke lichaamstaal-cue
– je paard voert de oefening uit zonder vertraging, reageert duidelijk op de bridge en neemt de beloning beleefd aan
– timing van de bridge is erg belangrijk: het paard wordt gebridged voor het met z’n hoofd naar beneden bewegen, niet voor het weer naar boven komen
– duur (het paard dat z’n hoof beneden houdt voor langere tijd) hoeft nog niet, maar mag wel
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 74-78
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
4. achterwaarts
= paard gaat achterwaarts wanneer mens vóór hem voorwaarts gaat
– je paard reageert vlot op jouw duidelijke lichaamstaal en gaat 5-6 passen achterwaarts
– bij het horen van de bridge anticipeert je paard op de beloning door achterwaarts te bewegen – waarna je paard de beloning rustig aanneemt.
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 108-110
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
5. volg
= je staat náást je paard (kijk in dezelfde richting), en als je voorwaarts in beweging komt volgt je paard je onmiddellijk
– je paard target naar je hand toe maar hangt niet tegen de hand (dit mag als cue vervaagd zijn) en blijft op een vaste afstand tegenover je schouder.
– toon zowel wendingen naar links als rechts, enkel in stap.
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 138-140
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
6. wacht
= je paard kan rustig naast je blijven stilstaan
– duur leidt tot ontspanning
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 144-148
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
7. blijf
= je paard blijft staan waar je hem achterlaat, waar je ook heen gaat
– in het begin ziet je paard je nog, maar geleidelijk aan beweeg je uit zijn zicht en bouw je de duur op.
– het kan je paard helpen om hem een station te geven, bijvoorbeeld een houten plaat waar hij beide voorvoeten op zet.
Boek: Grondwerk met Paarden pag. 150-155
Gratis online cursus: De 7 basics van clickertraining
Waarom?
Dit zijn ‘slechts’ 7 basis-oefeningen. Dat betekent dat het op het eerste gezicht hele simpele oefeningen zijn met weinig ‘waarde’ – maar schijn bedriegt. Deze oefeningen zijn precies die dingen die het zo fijn en makkelijk maken om verder te gaan: een blij, respectvol, op jou gefocust paard dat graag voor je wil werken.
Vanuit deze eenvoudige oefeningen kan je vertrekken om al de rest op te bouwen; gaat het in een latere oefening fout, dan kan je altijd teruggaan naar deze basics en weer opbouwen.
Het zijn ook, zeer bewust, oefeningen met enkel positieve bekrachtiging. Geen touw, geen halster, niks anders dan jou en je paard in vrijheid, en één van de sterkste motivators die er is: voedsel.
Laat àlles wat je kent van voorheen maar los – letterlijk en figuurlijk. Doe het maar eens zonder druk, zonder drukverhoging, zonder de shortcut van ‘even het touw vasthouden zodat hij niet wegloopt’. Het komt er nu op aan om je paard te motiveren alléén maar door hem te zeggen “dat heb je goed gedaan, hier is je beloning”.
Het is niet de bedoeling om je te overtuigen van de kracht van clickertraining – het is de bedoeling om je clickertraining vanaf het begin sterker te maken. Pas als je wérkelijk hebt ondervonden hoe krachtig training kan zijn met alleen maar timing (de bridge) en een schijfje wortel, zal je bewuster, minder slordig, omspringen met hulpmiddelen en druk.
De methodes die in dit stadium van je clickertraining worden voorgesteld blijken bepaalde voordelen te hebben op langere termijn. Dáárom precies zijn dit de basisoefeningen geworden – en in zekere zin dus ook de allermoeilijkste oefeningen om goed te doen, hoe simpel ze er ook uit zien.
Misschien kan je paard dit al, maar heb je het je paard aangeleerd op een andere manier. Met negatieve bekrachtiging bijvoorbeeld, of met andere woorden ‘wijken voor druk’. Goed zo, zolang je paard die training fijn vond, tenminste. Om het met Tom Dorrance te zeggen “If it ain’t broke, dont fix it”. Vind je het goed genoeg dat het eindproduct ongeveer lijkt op wat wij hier graag willen zien, dan is dat helemáál meegenomen – behalve dat het toch niet hetzelfde is.
Want dit gaat niet om de oefening op zich – het gaat erom dat je laat zien dat jij en je paard begrijpen wat het is om te clickertrainen. In vrijheid trainen, zonder dwang; dat je paard begrijpt dat jij de baas bent over de voedselbeloning, en dat hij beleefd en respectvol wacht tot jij beslist dat hij die beloning verdiend heeft. Het gaat erom te laten zien dat je paard dingen voor je doet omdat hij ze graag wil doen, niet omdat er onprettige consequenties zijn als hij ze niet zou doen. Het gaat erom dat je paard laat zien dat hij graag bij je is, omdat trainen met jou prettig is.
Als je daarentegen deze oefeningen wél al met positieve bekrachtiging hebt bereikt, maar niet helemaal op dezelfde manier hebt gewerkt of wil werken is dat dus niet erg. Als we maar zien hoe het zit, tussen jullie twee.
Hoe?
De volgorde waarin we de oefeningen voorstellen is logisch, maar dat betekent niet dat een andere volgorde voor jou en je paard misschien beter werkt. Geen enkel probleem.
Zet jezelf ook niet zo strak vast in de volgorde dat je de eerste oefening perfect wil hebben voor je aan de tweede begint. Zo werkt het niet – het is net door de oefeningen eerst rustig aan te brengen bij je paard, maar ze daarna door elkaar te trainen en gebruiken, dat je paard de oefeningen wérkelijk gaat begrijpen. De ene oefening verbetert de andere, en omgekeerd. Alles is al de rest.
Werk in korte sessies, en beloon veel. Maak je niet bezorgd over beloningsschema’s, het afbouwen van voedselbeloningen, sneller reageren enzovoort. Dat komt allemaal later wel.
Hou het nu gewoon simpel: je vraagt iets, in kleine stappen, en je beloont je paard voor elke keer dat je bridget.
Het belangrijkste criterium is niet de precieze uitvoering van de oefeningen zelf; wél de ontspannen sfeer waarin alle oefeningen worden getoond.
Beleefdheid, respect én focus, van mens én van paard naar de ander toe, is het resultaat van het trainingsproces en dus een kwaliteit van àlle oefeningen.