Kan ik wat ik doe combineren met clickertraining?
Ik doe dressuur/tteam/Parelli/Hunt/jumping/mennen/endurance…kan ik dat wel combineren met bridges en voedselbeloningen?
Natuurlijk kan dat. Alle methodieken en didactieken passen tenslotte in het operant conditioneren, alleen de accenten liggen hier en daar anders, omdat ménsen vanuit verschillende motivaties vertrekken. Alle methodieken en didactieken passen allemaal dezelfde leertheorie- en motivatiebegrippen toe, zoals habituatie, imitatie, counterconditioning, sociaal leren, cognitief leren enzovoort, alleen worden er andere namen voor verzonnen als “klassieke dressuur” of “natural horsemanship” of “approach & retreat” of “zooanthropology”. Ook clickertraining heeft z’n eigen woordenschat, maar doet niet echt iets anders dan al de rest, maar legt de zwaartepunten elders. Het past allemaal als één geheel in elkaar, zodra je de grote lijnen leert zien.
Welke strategie je uiteindelijk kiest om iets aan te leren/op te lossen bepaalt uiteindelijk waar je je accent zal leggen. Hoe meer mogelijke strategieën je kan bedenken om een probleem op te lossen, hoe beter je een aan de individuele situatie aangepast antwoord je kan geven.
Zoals ik het zie is clickertraining dus geen apart staande methode, hoewel je er dankzij die bridge natuurlijk ook andere dingen mee kan aanleren die anders veel moeilijker aan te leren zijn, zoals apporteren bijvoorbeeld. Clickertraining is niet synoniem met positieve bekrachtiging. Natuurlijk zijn er clickertrainers die zich vooral daarmee bezighouden, en als je je dier niet berijdt (honden/dolfijnen/zeeleeuwen/beren/krabben…) dan is dat nog vol te houden ook. Wij verwachten in verhouding tot de meeste andere trainers met andere diersoorten enorm veel van onze paarden, om niet te zeggen: véél meer, want we willen ook op hun rug, en dat ze ons op allerlei mogelijke manieren ronddragen. Dus komt er wijken voor druk bij. Voor mij is clickertraining eerder een ethisch verduidelijkingssysteem bovenop al de andere denkwijzen.
Clickertraining gaat voor een heel groot deel over de principes van trainen, daarom wordt er bijvoorbeeld ook zoveel aandacht besteed aan de terminologie als positief en negatief bekrachtigen, positief en negatief straffen enzovoort. Niet om interessant te doen of om de dingen nodeloos ingewikkeld te maken. Integendeel, het helpt juist om die grote lijnen achter methodes te zien. Het gaat vooral over focussen op wat je wél wil, en daar heel helder over kunnen nadenken. En daar dan in heel kleine stapjes, heel gericht en heel praktisch naartoe werken. Het zo opzetten dat je paard bij elk stapje succesvol is en die kleinste poging belonen. Daarin verschilt clickertraining niet van de meeste succesvolle trainingsmethodes, het is precies waarom het zo mooi bij elkaar aansluit. Maar clickertraining vult dat ontbrekende stukje in, het “YES!”-signaal. Je hoeft niet te veranderen wat je al deed. Je kan alleen het alleen sneller duidelijk maken voor je paard. En dat voedsel als beloning is een extra-motivatie.
Omdat je echter bovenop dat wijken voor druk ook positieve bekrachtiging en de bridge leert gebruiken, ga je anders aankijken tegen een heleboel dingen die voorheen standaard-oplossingen voor je waren waar je verder niet bij nadacht.
Kan je de bridge en voedselbeloningen combineren met “wijken voor druk”?
Ik denk dat ze naadloos op elkaar kunnen aansluiten..
Je leert een paard (minimaal) net hetzelfde met als zonder clicker, alleen, omdat je paard de bridge al kent van een aantal introducerende “spelletjes” en weel goodwill hebt opgebouwd, heb je dus een ijzersterke tool hebt om de goeie dingen extra te benadrukken. Het lijkt me dan ook bijzonder consequent om de release samen te laten vallen met de bridge, en in de goeie gevallen nog eens extra met voedsel te belonen. Het is méér informatie voor je paard, en je wil hem alle informatie geven die hij nodig kan hebben. Je zet ‘m op voor succes.
Ik vind overigens bijvoorbeeld True Horsemanship through Feel, het boek van Bill Dorrance zo ongeveer het beste wat er is op gebied van hoe grondwerk met negatieve bekrachtiging. Ook de grote namen hebben (op Leslie Desmond na) geen fundamentele problemen met clickertraining. Hun reacties varieren van “het is voor gevorderden” (Pat Parelli! – zie voor een specifiek artikel over Parelli & de clicker hier (pdf magazine)) over “er zijn zeker nuttige dingen mee te doen” (Mark Rashid, Monty Roberts) tot mensen gewoon laten clickeren in de eigen clinic (Anja Beran).
De essentie is dat je doorheen alle oefeningen je bridge (de “X”) zo consequent mogelijk gebruikt (om te zeggen “dàt heb je excellent gedaan!”), onafhankelijk of de beloning voedsel is, het wegvallen van druk of wat dan ook.
Iets waar je bij het combineren echter absoluut beducht voor moet zijn, is de poisoned cue.
Vind je dat de combinatie beter werkt?
Ja, dat zie ik alle dagen. Ik zie een duidelijk verschil bij de paarden van mijn leerlingen die wel voedsel gebruiken, in die mate dat ik me beperkt voel in mijn communiceren met paarden als ik hen niet kan zeggen wat ze goed hebben gedaan, en hen expliciet kan belonen. Omdat ik dan alleen maar druk heb om iets uit te leggen – en bij wijken voor druk is druk per definitie aversief.
Ik denk echter dat het vooral om de bridge gaat. Het is de voorgeschiedenis met de bridge die het leren van wijken voor druk versnelt, in de eerste plaats omdat de druk heel laag kan blijven, maar ook omdat het paard actief zoekt wat er te leren valt, terwijl bij wijken voor druk het paard toch nog passief-lichamelijk moet afwachten wat de vraag zal zijn, en dan nog eens wanneer (en of) het loslaten wel zal komen. Het is dat verschil dat ik in de ogen van de paarden zie.
En zonder clickertraining zou ik nooit ten volle beseft hebben wat het is om een paard op te zetten voor succes in kleine stapjes, of apprecieren hoe klein kleine pogingen zijn.
Ik verduidelijk even. Om te wijken voor druk, moet de druk betekenis hebben – anders zou het loslaten, het wegvallen van die druk geen beloning zijn. Als je de druk niet wil verhogen (wat meestal de oplossing is om druk vervelend te laten worden), moet je (lichte) druk eventueel “vervelend” laten worden door te gaan wachten: zet het op en wacht… dus NIET “zet het op”, maar wel degelijk “zet het op en wacht”. Ik haalde het voorbeeld al eens aan van een verliefd koppel dat uiteindelijk tóch elkaars hand loslaat. Het vervelend zijn veroorzaakt dat het paard blijft zoeken naar een oplossing, anders “nestelt” het paard zich in de druk. Dat heb je vast al eens meegemaakt, dat je een leidtouw opneemt en het paard onbeweeglijk wordt, zich gaat afsluiten.
Omdat je clickergetraind paard eigenlijk weet dat hij moet gaan zoeken, actief, tot hij de click hoort, wordt het wachten stevig ingekort – hij reageert al VOOR het “vervelend” gaat worden. Bij je “zet het op” hoort dus het feit dat je paard “clickersavvy” is – hij denkt actief met je mee.
Daar, waar het wegvallen van druk zo minimaal is dat er bijna geen verschil meer is met druk, versterkt de click toch nog het wegvallen. Het wegvallen krijgt méér betekenis door de click en de daarop volgende voedselbeloning. Je kan dus sneller NOG lichter worden.
Bovendien: bij het wegvallen van druk, beloont het paard zichzelf. Die release heeft hij bij de juiste beweging, ook al is het de juiste beweging mét de oren achteruit, bijvoorbeeld. De click, die controleer JIJ – ook IN het loslaten. Je kan dus click en loslaten samen laten vallen, maar je kan, als je dat wil, verderop in het leerproces de twee toch nog gaan scheiden: het loslaten beloont wat hij doet, de click beloont hoe hij het doet. Je clickt dan alleen voor die bewegingen die hij uitzonderlijk goed uitvoert.
Ik vind goed met negatieve bekrachtiging leren omgaan een absolute must (heel het rijden, maar ook leiden en drijven is erop gebaseerd) – en vooral het werken zoals Tom en Bill Dorrance het omschrijven houdt je scherp: ik denk dat je anders met de clicker in een val kan trappen als je het als een shortcut ziet voor het leren VOELEN van Dorrance. Ik denk dat dat was waar men wel eens op doelt als men tegen mensen die PNH combineren met de clicker zegt dat “Parelli Parelli niet meer is als je het met de clicker oplost”. Het “foute” woord is hier namelijk “oplossen”, terwijl het niet om het bereiken van het eindresultaat gaat maar over het begrijpen van het proces dat dan als vanzelf leidt tot dat eindresultaat (van beide kanten)…
Hmmm. Dat klinkt chinees… Het zou kunnen dat je paard met de clicker al heel snel gaat anticiperen. Je neemt de teugel op, en je wacht tot hij nageeft, tot je dat knikje krijgt. Stel dat je beiden wat slordig bent, en je paard denkt: “als hij die teugels opneemt, dan doe ik dat knikje” (dat gebeurt uiteraard ook zonder clicker). Maar – dan krijg je een mechanisch knikje. Terwijl je een heel dynamische connectie hoort te hebben (heeft overigens niks met de lengte van de teugels te maken). Je neemt die teugel op, en al wat je paard moet doen is voelen waar je naartoe wil: nageven? links? rechts? naar beneden? achteruit? en dan niet mechanisch reageren maar elke millimeter en milliseconde voelen of het niet alsnog wat anders wordt. Maar de clicker voorkomt dus dat je de dingen moet leren door veel te moeten gaan herhalen – een paard leert heel snel, generaliseert heel snel, en met de clicker haal je de “ruis” er veel sneller uit. Je zet je paard méér op voor succes, hij krijgt sneller meer informatie.
Op het einde ziet een wijken-voor-druk-paard er misschien wel hetzelfde uit als een clickerpaard, dat zou kunnen. Maar ik denk toch dat de mens-paard relatie anders is. De goodwill, de voorgeschiedenis van het samen spelen en samen actief leren (en wat met “actief meedenken” wordt bedoeld is, denk ik, een begrip waar je de inhoud maar ten volle van beseft als je hebt geclickerd met je paard) haal je er nooit meer uit. Het is de basis voor een toch wel heel aparte relatie – ik ken geen andere manier van trainen waarbij zelf initiatief nemen wordt aangemoedigd – zelfs niet bij Dorrance.
Ik denk natuurlijk ook dat je met de clicker méér kan aanleren dan wat in het boek van Dorrance staat. Ik geloof niet dat Bill heeft gezien hoe een paard kan leren dapper worden door dingen te targetten – moest hij het gezien hebben, hij zou er vast meer van hebben willen weten; maar ik geloof niet dat apporteren hem wat zou zeggen… Tenzij, hij werd wel erg oud, dus als hij z’n hoed kwijt was in de wind en z’n paard zou het wel even gaan halen…