Het is niet wat je doet, ’t is hoe je het doet
Ik citeer uit een newsletter van Karen Pryor:
It’s a sunny spring afternoon in New England at the annual meeting of a group of animal behaviorists. I’m sitting on a folding chair alongside a small corral, watching some demonstrations with horses. My friend Tim Sullivan, curator of behavioral husbandry at the Brookfield Zoo in Chicago, is sitting on my left.
We’re watching a demonstration of clicker training. A calm old police horse is led into the corral and turned loose. The trainer stands on our side of the fence. She has a clicker, a bucket of feed, and a huge target stick that looks like a toilet plunger, with a big padded lump on one end.
The horse comes over to her. Click, treat. The trainer picks up the target stick, swings it over the fence, and jabs it at the horse. The horse has seen a lot of things in his life, but he’s never seen this. Startled, he throws up his head and backs away. I laugh.
Then I’m embarrassed. I don’t mean to humiliate the trainer; I should have kept my laugh to myself. The trainer coaxes the horse over again, shoves the target stick at him again, and startles him again, but less. In a few more tries she’s got him touching the target, and the fear, though still visible, is almost gone.
Tim Sullivan leans over to me and says, “You can always tell when a trainer is coming from method instead of principle.” Boy, can you ever! Golden words.
Nu denk je misschien, waar gààt dit over? De trainer had toch resultaat?
Ja, maar het had véél eenvoudiger gekund, als de trainer niet gewoon was teruggevallen op wat hij kende van daarvoor, in combinatie met een clicker en voer. Het gaat om het principe, niet om de methode. Wat ze hier deed was het paard de targetstick leren verdragen, niet hem van in het begin vertellen wat een gewéldig ding zo’n targetstick eigenlijk is, door hem bijvoorbeeld gradueel te introduceren als iets dat hij onder controle heeft.
Het is typisch iets wat “crossover” trainers doen: ze denken nog niet echt na over wat dat vierde leerkwadrant hen kan bieden, ze vallen gewoon terug op wat ze al kennen en combineren dat. Er is nog geen begrip. Is dat “slecht”? Nee, natuurlijk niet. Maar het is wél een gemiste kans. Voor de mens, om een betere trainer te worden. Voor het paard, om meer vertrouwen in mensen te krijgen.
Maar het is in elk geval een begin – of tenminste, het kàn een begin zijn.
Als ik les geef in clickertraining maak ik me nooit illusies over de uitkomst van zo’n clinicdag. Van de 10 mensen zijn er 10 enthousiast. 3 gaan er naar huis en doen er nooit meer wat mee. 6 proberen het een beetje uit, en zetten niet door, misschien ontmoedigd doordat het niet vanzelf gaat, of omdat ze het enkel zien als iets wat wel van pas kan komen bij het leren voeten geven of iets dergelijks, of omdat ze toch al nooit bewust trainen, dus nu ook niet. Voor 1 verandert z’n wereld. Die gaat met jetlag naar huis, zoals ik lang geleden, en gooit z’n hele trainen om. Voor die mens doe ik het.
Bij welke groep hoor jij?